Autisme bij meiden en vrouwen. Hoe zit dat?
Autisme wordt 4 keer vaker gediagnosticeerd bij jongens dan bij meisjes. Dit komt onder andere omdat de uitingsvorm bij meisjes anders is. Meisjes zijn in staat al op jonge leeftijd hun autismekenmerken te camoufleren. Het is niet precies bekent waarom autisme bij mannen vaker voorkomt dan bij vrouwen. Hier wordt nog volop onderzoek naar gedaan. Er zijn een aantal bestaande theorieën over mogelijke verklaringen, deze zal ik in onderstaande tekst toelichten.
Bij autisme wordt vaak gedacht aan jongens. Hoe komt dit? Er is minder herkenning van autisme bij meisjes en vrouwen in het standaardbeeld. Een beeld wat heerst bij autisme is vaak; een wat sociaal onhandige jongen of man, die weinig oogcontact maakt, sociaal en communicatief niet zo sterk en veel op zichzelf is. Jongens en mannen met een opvallende interesse in bijvoorbeeld; geschiedenis, treinen en dinosaurussen. Wanneer een meisje een fascinatie heeft voor; paarden, barbies of een popgroep valt dit minder hard op omdat dit meer een leeftijdsadequate interesse is.
Het vaststellen van een diagnose;
Het vaststellen van autisme gebeurt aan de hand van een aantal criteria vastgelegd in de DSM-5 (psychiatrisch handboek). Die criteria gaan vooral op voor jongens en mannen er zit nauwelijks een nuance in waarmee er naar meisjes en vrouwen wordt gekeken. Naar schatting is 25% van normaal begaafde mensen met autisme vrouw. (Spek, 2013) Een diagnose ASS wordt bij meisjes en vrouwen vaak over het hoofd gezien en op latere leeftijd vastgesteld. Vaak nadat er eerst een misdiagnose wordt gesteld. Meisjes met autisme komen vaak op jonge leeftijd al in de hulpverlening terecht. Autisme bij meisjes en vrouwen uiten zich vaak in emotionele en gedragsproblemen. Deze ontstaan vaak omdat meisjes en vrouwen zich proberen aan te passen in een wereld waarin zij vaak niet worden begrepen en de wereld voor hen op veel levensgebieden onbegrijpelijk is. Dit aanpassen, camoufleren en compenseren is stressvol en kost energie.
Verschil tussen jongens en meisjes;
Autisme ziet er bij baby’s en peuters (1,5 – 3 jaar) wat betreft communicatie en sociaal gedrag hetzelfde uit bij jongens en meisjes. In de kindertijd zie je dat jongens, meer teruggetrokken zijn in sociale situaties, meer moeite hebben met veranderingen. De gedragsproblemen bij jongens zijn externaliserend, gedrag wat sneller wordt opgemerkt door de omgeving, hierbij kan je denken aan bijvoorbeeld agressie. Jongens met autisme hebben vaak buitengewone en intensieve hobby’s en interesses. De fijne motoriek kan minder ontwikkeld zijn.
Bij meisjes zie je dat ze vanaf de kleuterleeftijd meer gericht zijn op contact, mede door de socialisatie vanuit opvoeding en omgeving. Meisjes met autisme hebben meer internaliserende en emotionele problematiek, hierbij kan je denken aan bijvoorbeeld naar binnen keren, somber zijn, angstig en faalangstig zijn. Ze kunnen evengoed een intensieve hobby hebben maar deze valt minder op omdat deze inhoudelijk niet raar overkomen of voldoen aan het stereotype beeld. Meiden met autisme hebben minder problemen met de fijne motoriek. Ze kunnen in communicatie claimend zijn en moeite hebben met afstemmen op de ander, door te veel of te weinig te praten. Meisjes met autisme kunnen ook een dwingende manier van vragen stellen hebben mogelijk komt dit voort uit een behoefte om de wereld en hun sociale omgeving beter te kunnen begrijpen.
Overbelasting en vermoeidheid;
Veel vrouwen met autisme hebben op enig moment last van bijkomende klachten zoals; angst, somberheid, depressie, eetproblemen en emotieregulatieproblematiek. Over het algemeen zijn vrouwen sensitiever dan mannen. Hypergevoeligheid is iets wat vaak voorkomt en last van de prikkelverwerking zorgt voor structurele overprikkeling en stressklachten. Het voldoen aan de verwachtingen van de verschillende rollen van een vrouw kan uitputtend zijn. Je kan hierbij denken aan rollen en taken als partner, moederschap, werk, huishouden en het onderhouden van sociale contacten. Meer rollen en taken? Meer belasting, meer schakelen en meer multitasken. Overbelasting, vermoeidheid en stress gerelateerde klachten zijn niet gek wanneer je bedenkt dat vrouwen met autisme bij het vervullen van deze rollen en taken worden geconfronteerd met een andere informatie en prikkelverwerking. Moeite hebben om dingen te overzien, het denken vanuit details, snel schakelen in situaties, dit kunnen uitdagingen zijn voor een vrouw met autisme in het dagelijkse leven en in het vervullen van de verschillende rollen die een vrouw kan hebben.
Een veelgehoorde opmerking voor vrouwen met autisme is; “Maar je lijkt helemaal niet autistisch” “Jij kan zo goed oogcontact maken” de omgeving gaat er dan ten onrechte vanuit dat de vrouw autistische kenmerken heeft, of slechts ‘licht’ autistisch is. Dit maakt dat het soms moeilijk is voor vrouwen met autisme om hier open over te zijn en zich kwetsbaar op te stellen.